Bijlagen

1. Overzicht meerjarendoelen

Algemeen

Programma - Beleidsdoel - meerjarendoel

Activiteit

Planning

Budget

P1

Ruimtelijke Ontwikkeling

P1-1

Omgevingsvisie afweging plannen

1.1.1

Het provinciaal omgevingsbeleid is beter en integraler

Toelichting

1.1.2

Provinciale belangen zijn beter geborgd in samenwerking met (boven)regionale partners

Toelichting

1.1.3

Het provinciaal omgevingsbeleid is beter geborgd in samenwerking met gemeenten

Toelichting

1.1.4

Omgevingsinformatie en monitoring van omgevingsbeleid wordt beter ingezet

Toelichting

P1-2

Gebiedsontwikkeling en ruimtegebruik

1.2.1

Door gebiedsgericht participeren en reguleren gaan ruimtelijke ontwikkelingen sneller leiden tot een beter ruimtegebruik

Toelichting

1.2.2

De gebiedsontwikkelingen Hart van de Heuvelrug en Vliegbasis Soesterberg zijn verder ontwikkeld en gerealiseerd.

Toelichting

1.2.3

Groen groeit beter mee met rode ontwikkelingen

Toelichting

P1-3

Passende woonruimte woningbehoefte

1.3.1

Het provinciaal volkshuisvestingsbeleid ondersteunt beter de volkshuisvestingsopgave

Toelichting

Het vaststellen van het wetsvoorstel is vertraagd, doordat de Eerste Kamer de wet nog niet heeft vastgesteld, wat mogelijk zo zal blijven tot Q3 2025. De betaalbaarheidseisen uit het wetsvoorstel zijn nog niet volledig van kracht. Tegelijkertijd voeren we het beleid uit in de geest van de Wvrv en bereiden we ons voor op het Volkshuisvestingsprogramma. Er wordt op gestuurd, maar gemeenten kunnen er onder voorwaarden van afwijken (conform Woondealafspraken). Vooruitlopend op de vaststelling wordt al gewerkt aan een Volkshuisvestingsprogramma.

1.3.2

De woningbouwopgave vindt sneller en vraag gestuurd plaats

Toelichting

Gelet op de trends en ontwikkelingen in de woningbouwsector verwachten we dat het aantal gerealiseerde woningen zal achterblijven bij de doelstellingen.

1.3.3

Wijken zijn vitaler door een integrale aanpak van sociale en fysieke wijkvernieuwing

Toelichting

1.3.4

Het aantal plekken voor opvang van asielzoekers en de huisvesting van statushouders sluit beter aan bij de opgave

Toelichting

Mede door de Spreidingswet en met ondersteuning van het Kansenmakersteam blijft zowel het aantal opvangplekken voor asielzoekers groeien als het aantal gemeenten dat opvang mogelijk maakt. Die groei zal doorzetten gezien het aantal gemeenten dat hard werkt om nieuwe locaties te realiseren. Wel gaat dit om een aantal redenen (tekort locaties, lange procedures, tekortschietende capaciteit COA, onduidelijkheid rond Spreidingswet) minder snel dan gemeenten zouden willen. Goede regionale afstemming in PRT blijft nodig, net zoals inzet op lobby op behoud van de Spreidingwet.

P2

Landelijk gebied

P2-1

Natuurnetwerk robuust (ontwikkeld)

2.1.1

Het Natuurnetwerk Nederland (NNN) is verder gerealiseerd (groter van oppervlakte)

Toelichting

De beoogde 50 hectare functieverandering lijkt ruimschoots te worden gehaald. Het beoogde aantal hectare inrichting lijkt niet te worden gehaald. Naar verwachting wordt in 2026 niet 100 hectare, maar 75 hectare ingericht. Per saldo leiden bovengenoemde twee punten tot een bijstelling van de begroting. Voorgesteld wordt extra middelen te onttrekken uit de Reserve Landelijk Gebied voor het realiseren van deze opgave.

2.1.2

De Groene Contour is verder gerealiseerd

Toelichting

2.1.3

Natuurgebieden zijn beter met elkaar verbonden

Toelichting

Naar verwachting worden minder hectaren groene dooradering aangelegd dan begroot (10 hectare in plaats van 13 hectare). Er worden ook minder hectaren blauwe dooradering aangelegd dan gepland (0.5 hectare in plaats van 1.2 hectare). De begroting wordt op dit punt bijgesteld.   

2.1.4

Het areaal bos is vergroot en de kwaliteit van bestaand bos is verbeterd

Toelichting

Activiteiten en planning voor revitalisering van bestaande bossen lopen op schema. De realisatie van nieuwe bossen, agroforestry en voedselbossen loopt achter op schema. De animo hiervoor is kleiner dan eerder ingeschat. De begroting wordt op dit punt neerwaarts bijgesteld.  

P2-2

Kwaliteit van natuur is goed/divers

2.2.1

Het beheer van bestaande bos-, natuur- en agrarische gebieden is effectiever en efficiënter

Toelichting

2.2.2

De biodiversiteit in stad en platteland is verbeterd

Toelichting

2.2.3

De balans tussen ingrepen/faunabeheer en instandhoudingsdoelen bewaken en verbeteren

Toelichting

Het uitvoeringsprogramma invasieve exoten is inmiddels herijkt. Het aangepaste beleid (verlagen cofinancieringseis) leidt naar verwachting tot actievere deelname van externe partijen in exotenbestrijding. In 2025 verwachten we daarvan echter nog geen resultaten te zien en minder projecten uit te voeren dan eerder begroot. Redenen hiervoor zijn (lange) proceduretijden omtrent aanbestedingen, capaciteit bij aannemers, en het eindige groeiseizoen waarbuiten bestrijding van exoten geen zin meer heeft).
Prognoses van BIJ12 over de open einde regeling faunaschade vragen een bijstelling van de begroting op dit punt.
Daarnaast vinden binnen dit meerjarendoel (onder andere op het onderwerp natuurcompensatie) nog diverse andere financiele bijstellingen van de begroting plaats.  

P2-3

Verbinding natuur, mensen, maatsch.

2.3.1

De betrokkenheid van inwoners bij natuur is groter en de samenwerking tussen bij natuur betrokken partijen is beter

Toelichting

P2-4

Duurzaamheid substantieel onderdeel

2.4.1

De landbouw is meer circulair, natuurinclusief, klimaatneutraal en economisch rendabel

Toelichting

Omdat een aantal activiteiten die we willen subsidiëren op dit moment niet vergund kunnen worden (in verband met de stikstof problematiek) kunnen bepaalde subsidie-openstellingen momenteel niet plaatsvinden. Dit zal van invloed (kunnen) zijn op de bestedingen vanaf volgend jaar.   
In de Subsidieregeling Leefomgeving landelijk gebied provincie Utrecht is recent het onderdeel Subsidieregeling Verplaatsing landbouwbedrijven opgenomen. De voor de verplaatsingssubsidie benodigde middelen worden opgenomen in de begroting.   

2.4.2

Utrechtse voedselproducenten produceren meer voor de regionale markt en Utrechtse inwoners kunnen gemakkelijker kiezen voor gezond en duurzaam voedsel

Toelichting

2.4.3

Het ongewenst gebruik van vrijkomende agrarische bebouwing (VAB) is door sloop of hergebruik teruggedrongen

Toelichting

P2-5

Leefbaarheid van landelijk gebied

2.5.1

De leefbaarheid van het landelijk gebied en de kleine kernen is beter

Toelichting

P3

Bodem, water en milieu

P3-1

Waterveiligheid en klimaatadaptatie

3.1.1

De waterkeringen zijn op orde, en de provincie is beter voorbereid op de gevolgen van overstromingen

Toelichting

3.1.2

Meekoppelkansen bij dijkversterking zijn vaker benut

Toelichting

3.1.3

De fysieke leefomgeving wordt beter voorbereid op klimaatverandering

Toelichting

P3-2

Zoetwatervoorziening goede kwaliteit

3.2.1

Voor het oppervlaktewater bereiken we de KRW-doelen in 2027

Toelichting

3.2.2

De zoetwatervoorziening is robuuster en beter op orde en de waterketens zijn meer circulair

Toelichting

P3-3

Bodem- en grondwatersysteem is schoon

3.3.1

De bodem- en grondwaterkwaliteit is verbeterd en beter beschermd

Toelichting

3.3.2

Duurzaam (gebiedsgericht) gebruik van bodem en ondergrond is geborgd

Toelichting

3.3.3

Zorg dragen voor voldoende grondwater voor de functies openbare drinkwatervoorziening, menselijke consumptie, natuur en landbouw

Toelichting

P3-4

De leefomgeving is gezond en veilig

3.4.1

Er zijn meer adviezen gegeven en initiatieven genomen voor een gezonde leefomgeving

Toelichting

3.4.2

De luchtkwaliteit is beter en komt dichter bij de WHO-advieswaarden

Toelichting

3.4.3

Er zijn minder geluidbelaste woningen en stiltegebieden zijn beter beschermd

Toelichting

3.4.4

De overlast van vliegverkeer is minder geworden

Toelichting

3.4.5

De inclusieve breedtesport in de openbare ruimte en op duurzame sportaccommodaties is sterker

Toelichting

3.4.6

De externe veiligheid is beter gewaarborgd

Toelichting

3.4.7

De uitvoering van de VTH-taken is inhoudelijk en financieel beter geborgd

Toelichting

P3-5

Bodemdaling en broeikasgasuitstoot

3.5.1

Er is meer kennis beschikbaar om bodemdaling en broeikasgasuitstoot te beperken

Toelichting

3.5.2

Door uitvoeren maatregelen via gebiedsprocessen is bodemdaling en broeikasgasuitstoot verminderd

Toelichting

P4

Klimaat en Energietransitie

P4-1

Verduurzaming gebouwde omgeving

4.1.1

De ondersteuning van inwoners voor energiebesparing is beter (door o.a. gemeenten, woningcorporaties en Verenigingen van Eigenaren)

Toelichting

4.1.2

Ondersteuning voor en toezicht op energiemaatregelen bij bedrijven en maatschappelijke organisaties is beter.

Toelichting

4.1.3

Meer zonnepanelen op daken

Toelichting

4.1.4

De beschikbaarheid en toepassing van duurzame warmte- en koudebronnen is groter.

Toelichting

Besluitvorming over de mogelijke deelname van de provincie in een Utrechts Warmte Ondersteuningsbedrijf was voorzien eind 2025. Het besluit kan echter pas genomen worden na inwerkingtreding van de Wet collectieve warmte (naar verwachting) op 1 januari 2026.

P4-2

Duurzame elektriciteit

4.2.1

De groei van duurzame energie is ruimtelijk beter mogelijk gemaakt

Toelichting

Er zijn in het kader van de RES-doelen nog onvoldoende ruimtelijke procedures gestart om de doelen voor 2030 te halen. Voor meer informatie verwijzen we naar de Statenbrief noodzaak aanvullende gebieden windenergie van 8 juli 2025.

4.2.2

Meer inwoners doen mee en participeren in de energietransitie

Toelichting

P4-3

Inclusiviteit en innovatie

4.3.4

Netcongestie wordt sneller aangepakt en de energie-infrastructuur is beter afgestemd op vraag en aanbod van duurzame energie

Toelichting

4.3.5

Sturing, duurzame gassen, energieopslag en duurzame regelbare opwek dragen meer bij aan het energiesysteem van de toekomst.

Toelichting

4.3.1

Wet- en regelgeving zijn beter afgestemd op energietransitie (lobby)

Toelichting

4.3.2

Innovaties leveren een grotere bijdrage aan een duurzaam energiesysteem.

Toelichting

Het beoogde resultaat van 4 gerealiseerde energiehubs wordt dit jaar zeer waarschijnlijk niet gehaald. Dit komt onder andere doordat de voorwaarden van de netbeheerder (groepstransportovereenkomst) nog niet aantrekkelijk genoeg zijn en er nog geen duidelijk verdienmodel is. We hebben onder andere in IPO- én MRU-verband een zienswijze ingediend voor de Groepstransportovereenkomst en zijn in nauw overleg met de netbeheerder om de voorwaarden aantrekkelijker te maken.

4.3.3

De energietransitie is beter betaalbaar voor iedereen (passende financiële instrumenten)

Toelichting

We verwachten dat de beoogde resultaten niet volledig behaald worden. Er is binnen het MCO-programma enige vertraging bij de opschaling van de pilots voor financieel advies en het voorschieten van ISDE-subsidie. Er is veel belangstelling bij de gemeenten maar uit de pilots is gebleken dat de invoering complexer is dan voorzien. Verder zijn veel energiecoöperaties voornemens om (met steun van de provincie) huishoudens met een kleine beurs te betrekken bij hun energieprojecten. Er is eind van het jaar waarschijnlijk nog geen voorbeeldproject gerealiseerd omdat de ontwikkeling van grootschalige coöperatieve projecten veel tijd kost.

P4-4

Energie-infrastructuur

4.4.1

Het elektriciteitsnetwerk wordt slimmer en beter gebruikt

Toelichting

4.4.2

De ruimtelijke inpassing van netuitbreidingen gebeurt sneller

Toelichting

De netbeheerders hebben aangegeven dat de planning van de realisatie van het hoogspanningsstation in Utrecht Noord naar achteren schuift. Hier is uitgebreid over gecommuniceerd.

4.4.3

Er is meer integraliteit in de programmering van de energie-infrastructuur

Toelichting

P4-5

Circulaire Samenleving

4.5.1

Betere inbedding van circulair in het provinciale beleid en de uitvoering door het uitvoeren van de middellange termijnstrategie circulaire samenleving

Toelichting

P4-6

Klimaatneutrale Samenleving

4.6.1

Betere sturing op de doelen voor klimaatmitigatie door het uitvoeren van de Utrechtse Klimaataanpak naar Netto Nul

Toelichting

P5

Bereikbaarheid Publieke mobiliteit

P5-1

Versterken netwerk

5.1.1

Het versterken van de ov-bereikbaarheid door het realiseren van nieuwe verbindingen en het opwaarderen of verleggen/verlengen van bestaande verbindingen in het netwerk

Toelichting

5.1.2

Een beter OV en exploitatie door het wegnemen van bereikbaarheidsknelpunten

Toelichting

5.1.3

Verbetering van fysieke en sociale toegankelijkheid van het OV

Toelichting

Onzeker of we in 2025 100 extra haltes toegankelijk kunnen maken.  We zijn hiervoor ook afhankelijk van andere partijen.

5.1.4

Verbetering van de betaalbaarheid voor mensen met een krappe beurs

Toelichting

P5-2

Duurzaam concessiemanagement

5.2.1

Meer reizigerstevredenheid over het OV in de provincie Utrecht

Toelichting

5.2.2

Effectievere uitvoering van het OV (kostendekkingsgraad, voorspelbaarheid, betrouwbaarheid, meer (betalende) reizigers)

Toelichting

5.2.3

Het terugdringen van de negatieve effecten van publieke mobiliteit op de omgeving

Toelichting

P5-3

Aantrekkelijke knooppunten

5.3.1

Meer OV knooppunten hebben een hogere kwaliteit

Toelichting

P5-4

Duurzaam beheer en realisatie van OV-inf

5.4.1

De bestaande infrastructuur is op orde en beschikbaar op het vastgestelde kwaliteitsniveau

Toelichting

5.4.2

We onderhouden onze OV-assets duurzamer

Toelichting

P6

Bereikbaarheid Gezond en veilig

P6-1

Meer fietsen over een sterker netwerk

6.1.1

We realiseren doorfietsroutes en nemen barrières weg

Toelichting

6.1.2

Een sterk RFN gericht op vlot, veilig en comfortabel fietsen en het ontsluiten van alle belangrijke werklocaties, middelbare scholen en knooppunten

Toelichting

6.1.3

We stimuleren mensen om vaker te gaan fietsen

Toelichting

P6-2

Veiligere infrastructuur en gedrag

6.2.1

Het verbeteren van de veiligheid op de provinciale infrastructuur

Toelichting

6.2.2

Het verbeteren van de veiligheid op gemeentelijke wegen door subsidie op verkeersveiligheidsmaatregelen

Toelichting

6.2.3

Het stimuleren van veilig gedrag door verkeerseducatie, voorlichting en handhaving

Toelichting

P6-3

Samen gezonde groei bereikbaar maken

6.3.1

Op basis van gezamenlijk onderzoek komen tot een uitvoerings- en investeringsagenda tussen Rijk en regio om de woningbouwopgave te kunnen realiseren met de bereikbaarheidsmaatregelen die daarvoor noodzakelijk zijn

Toelichting

6.3.2

Het borgen van de regionale bereikbaarheid in samenwerking met het Rijk en gemeenten

Toelichting

6.3.3

In regionaal verband stimuleren van slimme en duurzame mobiliteitskeuzes (o.a. fiets en OV in woon-werkverkeer via werkgevers)

Toelichting

P6-4

Verschonen mobiliteit

6.4.1

Het stimuleren van het gebruik van schone brandstof of energiedrager in personen- en goederenvervoer

Toelichting

P7

Bereikbaarheid Infrastruct. en Benutten

P7-1

Betere Benutting regionale mob.netwerk

7.1.1

We zetten verkeersmanagement en informatie- en communicatietechnologie in om onze netwerken optimaal te benutten

Toelichting

P7-2

Versterken netwerk

7.2.1

We versterken de provinciale netwerken door het wegnemen van bereikbaarheidsknelpunten

Toelichting

7.2.2

We dringen de negatieve effecten van wegverkeer op de omgeving terug en dragen bij aan biodiversiteit

Toelichting

P7-3

Duurzaam realiseren infrastr en onderh

7.3.1

We realiseren de projecten uit het Meerjarig Investeringsplan en het variabel onderhoud

Toelichting

7.3.2

We realiseren vervanging en nieuwbouw meer klimaatneutraal en circulair

Toelichting

Voor de CO2 uitstoot is de referentiewaarde van 2025 nog niet bekend dus kan dit resultaat nog niet beoordeeld worden. Het format van het materialenpaspoort is gereed, er wordt nog gewerkt aan de inbedding hiervan in andere systemen.

P7-4

Duurzaam beheren van infrastructuur

7.4.1

De bestaande infrastructuur is op orde en beschikbaar op het vastgestelde kwaliteitsniveau

Toelichting

7.4.2

We beheren en onderhouden onze infrastructuur duurzamer

Toelichting

Eind dit jaar wordt gerichte monitoring en evaluatie gedaan van het grondstoffengebruik om zeker te weten of de beoogde reductie is gerealiseerd. Er vindt CO2- reductie plaats door het gebruik van kleine elektrische apparaten.  Dit is slechts een kleine bijdrage. We zijn met opdrachtnemers in gesprek over de verdere CO2 -reductie voor grote(re) machines.

P8

Cultuur, erfgoed, recreatie en toerisme

P8

Cultuur, erfgoed, recreatie en toerisme

8.3.1

Recreatieve voorzieningen en gebieden worden beter beheerd en onderhouden

Toelichting

8.3.2

Het recreatief hoofdroutenetwerk voor wandelen, fietsen en varen (incl. TOP’s) is verbeterd

Toelichting

8.3.3

Er is betere balans tussen de draagkracht van de leefomgeving en de impact van recreatie en toerisme

Toelichting

8.3.4

De buitenruimtes en recreatiegebieden zijn beweegvriendelijker en de sport- en beweegsector is toekomstbestendiger

Toelichting

P8-1

De culturele infrastructuur is sterk

8.1.1

In elke gemeente is een robuuste bibliotheekvoorziening en de Utrechtse bibliotheken werken beter samen waardoor zij meer inwoners bereiken

Toelichting

8.1.2

De culturele infrastructuur is sterker

Toelichting

8.1.3

Cultuureducatie is beter en frequenter

Toelichting

8.1.4

Erfgoed en archeologie zijn duurzamer behouden en beheerd

Toelichting

8.1.5

Kwaliteit van de leefomgeving is sterker geworden door de kansen van ruimtelijk erfgoed te benutten

Toelichting

8.1.6

Erfgoed is bekender en beleefbaarder gemaakt bij een groot en divers publiek

Toelichting

8.1.7

UNESCO Werelderfgoederen Hollandse Waterlinies en Neder-Germaanse Limes zijn beter bekend, beleefbaar en zijn beter ingezet om de ruimtelijke kwaliteit te versterken

Toelichting

P8-2

De bezoekerseconomie is sterk

8.2.1

Recreatief groen is beter toegankelijk

Toelichting

Toelichting: De uitvoering van het wandelroutenetwerk oost is vertraagd ten gevolge van zorgvuldige integratie van netwerken van terrein beherende organisatie en landgoedeigenaren. De inzet op waterrecreatie is vertraagd ten gevolge van personele uitval.

8.2.2

Recreatievoorzieningen kwalitatief sterk

Toelichting

Toelichting: De aanleg van fiets en wandelpad IJsselwetering is nog niet gestart door vertraging ten gevolge van noodzakelijke aanpassingen in het ontwerp.  

8.2.3

De samenwerking tussen partners in de regio is sterker

Toelichting

8.2.4

Het bestemmingsmanagement is efficiënter en effectiever

Toelichting

8.2.5

Verblijfsrecreatie is vitaler

Toelichting

8.2.6

Het zakelijk toerisme is groter en verder versterkt

Toelichting

P9

Economie

P9-1

Toekomst bedrijfsleven en werknemers

9.1.1

De regionale arbeidsmarkt functioneert beter door goede aansluiting vraag en aanbod waarin Leven Lang Ontwikkelen centraal staat

Toelichting

9.1.2

Bedrijven en werknemers zijn beter voorbereid op maatschappelijke transities passend bij het regionaal profiel, zoals digitalisering en circulaire economie

Toelichting

9.1.3

De dienstverlening voor (mkb-) ondernemers is beter op elkaar aangesloten

Toelichting

P9-2

Bedrijven werken aan innovaties maatscha

9.2.1

Innovatie is sterker doordat overheden, onderwijs, onderzoek en ondernemers elkaar makkelijker weten te vinden

Toelichting

9.2.2

Innovatie is sterker doordat meer bedrijven gebruik maken van nieuwe kennis en inzichten

Toelichting

9.2.3

Het innovatie-ecosysteem is beter met meer startups en scale-ups die bijdragen aan maatschappelijke transities passend bij het regionaal profiel

Toelichting

P9-3

Voldoende vestigingsmogelijkheden

9.3.1

Werklocaties worden intensiever gebruikt en sluiten beter aan bij de marktvraag

Toelichting

9.3.2

Werklocaties zijn duurzamer (circulair, klimaat, energie, gezondheid) en economisch krachtiger

Toelichting

9.3.3

Er zijn meer en sterkere innovatielocaties die passen bij het regionaal profiel

Toelichting

P10

Bestuur

P10-1

Provinciebestuur sterk en duidelijk

10.1.1

De positie van PS is sterk en duidelijk

Toelichting

10.1.2

De uitvoering van de Rijkstaken (CvdK) is van blijvende hoge kwaliteit

Toelichting

10.1.3

De uitvoering van het dagelijks bestuur (GS) is van hoge kwaliteit

Toelichting

P10-2

Integriteit is een vast onderdeel

10.2.1

Integriteit is blijvend goed geborgd en het beleid is goed ontwikkeld

Toelichting

P10-3

Intensievere aanpak van ondermijning

10.3.1

Ondermijnende criminaliteit wordt tegengegaan, de weerbaarheid wordt gestimuleerd en de aandacht voor de wet BIBOB vergroot

Toelichting

P10-4

Strategisch vermogen is groot

10.4.1

Het betrekken van inwoners en partners doen we consequent en volgens ons participatiebeleid

Toelichting

10.4.2

Het gesprek met de samenleving wordt vormgegeven vanuit de inhoud, hierbij worden huidige en toekomstige generaties betrokken

Toelichting

10.4.3

De regionale en lokale journalistiek heeft duurzaam een sterkere positie

Toelichting

P10-5

Regionale slagkracht sterk

10.5.1

Er ligt een (gezamenlijke) visie op regiovorming en er wordt conform die visie gehandeld.

Toelichting

10.5.2.

De Nota samenwerkende partijen wordt conform uitgevoerd

Toelichting

In de afgelopen maanden hebben wij de ondersteuning van het bestuur in de eigenaarsrol van de verbonden partijen op orde gekregen. Er wordt nu toegewerkt naar de in de begroting genoemde resultaten.

10.5.3

De relatie met de Europese Unie draagt bij aan de realisatie van provinciale beleidsdoelstellingen

Toelichting

10.5.4

De Staat van Utrecht is van niveau en goed afgestemd op de gebruikers

Toelichting

10.5.5

Het strategisch vermogen van de organisatie en lobbykracht is sterker

Toelichting

P10-6

Gemeenten, waterschap conf. wet

10.6.1

De wettelijke toezichttaak wordt goed en efficiënt uitgevoerd

Toelichting

P10-7

Concernbrede aansturing brede thema

10.7.1

De Sociale Agenda is zichtbaar en uitvoerbaar binnen de Provinciale programma’s en op een aantal sociale thema’s aanvullend op gemeenten en andere organisaties

Toelichting

10.7.2

De vitaliteit van wijken en kernen is groter door vernieuwende aanpakken met burgers (maatschappelijke) organisaties en gemeenten

Toelichting

De subsidieregeling is in juni jl. vastgesteld door GS. De daaruit volgende subsidieregeling wordt op 1 september opengesteld voor gemeenschappen. De verwachting is dat de eerste dorpendeals voor het einde van het jaar ondertekend gaan worden en dat daarmee uitvoering start.

P10-8

Juridisch fundament sterker

10.8.1

Versterken van de juridische functie

Toelichting

Voor het kwalitatief op orde maken en houden van WOO-processen worden de activiteiten uitgevoerd. Het streven is dat het beoogde doel in het volgende kalenderjaar wordt gerealiseerd.

P10-9

De communicatie is zichtbaar, vindbaar

10.9.1

Door ontwikkelen communicatie op basis van nieuwe kennis en middelen

Toelichting

10.9.2

De medewerkers van provincie Utrecht faciliteren in communicatieve vaardigheden waaronder duidelijk en begrijpelijk schrijven, (social) mediavaardig zowel intern als extern, verbindende gespreksvaardigheden

Toelichting

10.9.3

Vergroten van de zichtbaarheid van het werk van de provincie (corporate communicatie), zodat inwoners weten aan welke opgaven de provincie werkt en wat ze wil bereiken

Toelichting

P11

Overhead

P11-1

De financiele keten is robuust

11.1.1

De financiële keten is robuust, betrouwbaar en goed verankerd in de organisatie

Toelichting

P11-2

Organisatie duurzaam inzetbaar

11.2.1

De medewerkers en organisatie zijn duurzaam inzetbaar en zijn blijvend in ontwikkeling

Toelichting

P11-3-1

ICT-fundament is toekomstbestendig

11.3.1

Het ICT-fundament en de informatievoorziening is toekomstbestendig

Toelichting

P11-4

De dienstverlening is klantgericht

11.4.1

De dienstverlening is klantgericht en klantvriendelijk en constant aan verandering onderhevig

Toelichting

P11-5

De provincie geeft het goede voorbeeld

11.5.1

De provincie geeft het goede voorbeeld door het verduurzamen van de eigen organisaties (processen en faciliteiten) vastgoed en de daarbij behorende buitenruimte

Toelichting

P11-6

De beheersing van de organisatie

11.6.1

Uitvoeren van concerncontrol waaronder het adviseurschap van de Financiële Auditcommissie

Toelichting

11.6.2

Versterken van Verbijzonderde Interne Controle (VIC)

Toelichting

Deze pagina is gebouwd op 09/16/2025 12:41:38 met de export van 09/16/2025 12:38:13